Afgelopen week was Frans – voor het eerst sinds – weer op een internationale bijeenkomst. In Jerusalem. Prachtige stad, boeiende workshop. Na afloop een excursie naar Masada, een oude citadel nabij de Dode Zee.
Tijdens een korte pauze, boven op de berg, klinkt vanuit een nabije ruimte gezang op. De gids vertelt dat het gaat om een Bar-mitswa viering: er wordt gevierd dat een zoon (van 13) een man wordt. Afgelopen oktober zou Kester ook 13 zijn worden. Ik staar maar even in de verte, over het kurkdroge landschap dat er opeens toch heel waterig uitziet.
Onderdeel van het verhaal (mythe) van Masada is dat een groep Joden daar zelfmoord pleegde, om te voorkomen dat ze door de Romeinen gevangen zouden worden genomen. Ze schreven hun namen op potscherven. De foto’s daarvan deden me denken aan Kester’s naam op een steentje.
Terug met het vliegtuig: Kester genoot van vliegen en vooral het opstijgen. Terug op Schiphol: een reclame van Micropia: Kester vond het machtig interessant, vooral het beerdiertje. Kester is overal.